Elektrificatie werkt niet negatief op werkgelegenheid

De technologische verandering in de auto-industrie die zal ontstaan door een groeiend aandeel voor de productie van alternatieve aandrijvingen, creëert kansen voor de werkgelegenheid.

Dat is de belangrijkste conclusie uit de Duitse studie ELAB. De belangrijkste uitkomsten van het onderzoek zijn gisteren bekendgemaakt bij Daimler in Stuttgart. De studie deed onderzoek naar het effect van verschillende ‘groene aandrijfconcepten’ die, naar de inzichten van vandaag, in 2030 op de markt vertegenwoordigd zullen zijn. Aan de hand van vier marktscenario’s zijn uitspraken gedaan over de kansen voor werkgelegenheid in de gehele keten.

Het onderzoek werd in gang gezet door de ondernemingsraad van Daimler en is in december 2010 gestart door een drietal Duitse wetenschappelijke instituten. De onderzoekers hebben zes verschillende aandrijfconcepten en de daarvoor benodigde componenten als maatgevend gedefinieerd en nader bekeken. Het gaat om de mild-hybrid (of soft-hybrid), de full-hybrid inclusief de plug-in, de range extender, volelektrische batterijaandrijving, volelektrische brandstofcelaandrijving en auto’s met verbrandingsmotor.

Uit het onderzoek blijkt dat niet een eenduidige prognose over de marktontwikkeling van de verschillen aandrijfconcepten kan worden gegeven. Daarom is men uitgegaan van vier mogelijke scenario’s waarvan er één het meest waarschijnlijk is, en de andere drie uit gaan van een meer extreem scenario. Alle vier scenario’s voorspellen een stijgend aandeel van de alternatieve aandrijvingen maar toch ook nog een belangrijk aandeel van de verbrandingsmotoren. Maar over het algemeen genomen, concludeert men dat in de toekomst de werkgelegenheid in de branche minstens stabiel zal zijn, en tijdelijk een stijging zal laten zien.

Maar het zou in de keten tot ingrijpende veranderingen kunnen komen. Op dit moment wordt de ontwikkeling en productie van elektrische auto’s nog overheerst door onzekerheden en daarom moet men ook rekening houden met risico’s voor de fabrikanten en toeleveranciers. Maar de technologische omslag leidt natuurlijk naar nieuwe productiemethoden en technologieën. Daarmee ontstaan nieuwe eisen aan de kwaliteit, de kennis en de vaardigheden van de werknemers. Op dit vlak moeten vertegenwoordigers van werkgevers en werknemers samen de toekomstige eisen definiëren en de noodzakelijk (bij)scholing invoeren in de bedrijven. (dpa/automobil produktion)

Op 20 juni organiseerde Automobiel Management Goes Electric, zijn eerste congres over de elektrificatie en de gevolgen voor de Nederlandse branche. De presentaties van de verschillende sprekers op die bijeenkomst zijn hier te downloaden.

 

 

Reacties

Dat is nog maar zeer de vraag. Vanuit het gezichtspunt van de fabrikanten en de distributie- en serviceketen bezien misschien wel, echter voor de ‘vrije’ en de onafhankelijke ondernemers in de autobranche is dat zeer twijfelachtig. Meer grip van de autofabrikant betekent automatisch minder voor andere partijen. Dat vlakt op termijn weliswaar weer af, maar er blijft altijd een spanningesveld tussen ‘auto/dealerketens’ en de niet merkgebonden bedrijven.

Geplaatst door: A.van Nierop op
Elektrificatie werkt niet negatief op werkgelegenheid - Automobielmanagement.nl

Elektrificatie werkt niet negatief op werkgelegenheid

De technologische verandering in de auto-industrie die zal ontstaan door een groeiend aandeel voor de productie van alternatieve aandrijvingen, creëert kansen voor de werkgelegenheid.

Dat is de belangrijkste conclusie uit de Duitse studie ELAB. De belangrijkste uitkomsten van het onderzoek zijn gisteren bekendgemaakt bij Daimler in Stuttgart. De studie deed onderzoek naar het effect van verschillende ‘groene aandrijfconcepten’ die, naar de inzichten van vandaag, in 2030 op de markt vertegenwoordigd zullen zijn. Aan de hand van vier marktscenario’s zijn uitspraken gedaan over de kansen voor werkgelegenheid in de gehele keten.

Het onderzoek werd in gang gezet door de ondernemingsraad van Daimler en is in december 2010 gestart door een drietal Duitse wetenschappelijke instituten. De onderzoekers hebben zes verschillende aandrijfconcepten en de daarvoor benodigde componenten als maatgevend gedefinieerd en nader bekeken. Het gaat om de mild-hybrid (of soft-hybrid), de full-hybrid inclusief de plug-in, de range extender, volelektrische batterijaandrijving, volelektrische brandstofcelaandrijving en auto’s met verbrandingsmotor.

Uit het onderzoek blijkt dat niet een eenduidige prognose over de marktontwikkeling van de verschillen aandrijfconcepten kan worden gegeven. Daarom is men uitgegaan van vier mogelijke scenario’s waarvan er één het meest waarschijnlijk is, en de andere drie uit gaan van een meer extreem scenario. Alle vier scenario’s voorspellen een stijgend aandeel van de alternatieve aandrijvingen maar toch ook nog een belangrijk aandeel van de verbrandingsmotoren. Maar over het algemeen genomen, concludeert men dat in de toekomst de werkgelegenheid in de branche minstens stabiel zal zijn, en tijdelijk een stijging zal laten zien.

Maar het zou in de keten tot ingrijpende veranderingen kunnen komen. Op dit moment wordt de ontwikkeling en productie van elektrische auto’s nog overheerst door onzekerheden en daarom moet men ook rekening houden met risico’s voor de fabrikanten en toeleveranciers. Maar de technologische omslag leidt natuurlijk naar nieuwe productiemethoden en technologieën. Daarmee ontstaan nieuwe eisen aan de kwaliteit, de kennis en de vaardigheden van de werknemers. Op dit vlak moeten vertegenwoordigers van werkgevers en werknemers samen de toekomstige eisen definiëren en de noodzakelijk (bij)scholing invoeren in de bedrijven. (dpa/automobil produktion)

Op 20 juni organiseerde Automobiel Management Goes Electric, zijn eerste congres over de elektrificatie en de gevolgen voor de Nederlandse branche. De presentaties van de verschillende sprekers op die bijeenkomst zijn hier te downloaden.

 

 

Reacties

Dat is nog maar zeer de vraag. Vanuit het gezichtspunt van de fabrikanten en de distributie- en serviceketen bezien misschien wel, echter voor de ‘vrije’ en de onafhankelijke ondernemers in de autobranche is dat zeer twijfelachtig. Meer grip van de autofabrikant betekent automatisch minder voor andere partijen. Dat vlakt op termijn weliswaar weer af, maar er blijft altijd een spanningesveld tussen ‘auto/dealerketens’ en de niet merkgebonden bedrijven.

Geplaatst door: A.van Nierop op