De ADAC baseert zich op een eigen steekproef onder zestien onafhankelijke en twintig dealerbedrijven, verdeeld over Berlijn, Hamburg, München, Keulen, Stuttgart en Dresden. Gecontroleerd werden de prijs, motor en aandrijving, stuurinrichting, wielen en banden, remmen en stroom. Ook het verkoopgesprek, de afhandeling van de proefrit, het gesprek over mankementen en de prijsonderhandeling werden bij de steekproef belicht.

De uitkomst: met name de vrije garages blijken vaak te beknibbelen op de aflevering of reparatie van het voertuig. Bijna zonder uitzondering kregen ze ‘gele kaart’. Klaagde een klant over de algemene conditie van de occasion, dan stelden de dealerbedrijven zich volgens ADAC duidelijk dienstbaarder op dan hun onafhankelijke collega. Heikele thema’s die de 36 bedrijven liever omzeilden hadden vaak betrekking op roestige of versleten remmen. Soms was de roestvorming dermate voortgeschreden dat ze niet meer te verwijderen viel. In een incidenteel geval zat er schimmel op de achterste stoelen. Meer dan eens werd een incorrecte kilometerstand geconstateerd. Ander pijnpunt: meer dan tienduizend kilometer verschil tussen de werkelijke kilometerstand en die in de advertentie. Verder bleek in één geval pas ter plekke in de showroom dat het een rokersauto betrof; in een ander geval bleek de datum eerste toelating niet te kloppen.

Bron: KFZ-Betrieb