Aan de Drakenburgseweg in Baarn ligt Shellstation en Garage Kok. De combinatie pomp/werkplaats sterft langzaam uit, maar volgens eigenaar Patrick Kok is het een uitstekend duo. “De mensen komen voor een volle tank en een kapot lampje, maar het eindigt met het inbouwen van een revisieblok.”

Paul Steenhoff

‘Benzine in het bloed’, ‘met de paplepel ingegoten’ – het zijn sleetse gezegden die helemaal van toepassing zijn op Patrick Kok (47). Eigenlijk staat hij al zijn hele werkzame leven aan de pomp. Hij heeft de papieren voor automonteur op zak en deed daarna nog de IVA Driebergen, maar bleef toch het tankstation trouwe. “Ik ben als vijftienjarige jongen bij het Shell Tankstation van Ford in Zeist gaan werken, tot mijn achttiende. Na mijn dienstplicht heb ik drie jaar bij mijn vader gewerkt op zijn Shell Tankstation Jutphaas aan de A2 in Nieuwegein. In 1986 ben ik voor mijzelf begonnen op de Amsterdamsestraatweg in Baarn, tot 2004. In dat jaar hebben wij – mijn vader en ik – dit station gekocht van Shell.”

Het zijn vooral de rookwaren die grif van de hand gaan. Iedereen die niet tankt, komt voor een pakje shag of sigaretten. “Zonder tabak heeft het geen zin een shop te runnen”, zegt Kok beslist. Voor hem zit de winst in de garage, die met honderd vierkante meter bescheiden is en een smeerput en een brug herbergt.

APK-bevoegdheid
Patrick Kok heeft twee monteurs in dienst: oudgediende John Calis en de jongere Niels Dop. Allebei hebben zij hun APK-bevoegdheid op zak, wat goed is voor acht- tot negenhonderd keuringen per jaar. Verder pakt de werkplaats alle klussen aan. Op het moment van spreken wordt een nieuw blok binnengebracht, dat het hart gaat vormen van een Renault die bij gebrek aan olie zonder drijfstanglagers is komen te staan. “We doen al het voorkomende onderhoud, van groot tot klein. Ook doen we een stukje schade, als het voorkomt.” Verder verhuurt Kok acht Boedelbakken. “Een prima business. Ik heb er vrijwel geen omkijken naar en als er wat is, wordt het zonder gedoe opgelost. Het is een mooi stukje extra inkomen. Als ik het van tevoren had geweten, had ik acht aanhangers gekocht. Die heb je relatief snel terugverdiend.”

Nieuwbouw
Op het oog kan zowel de garage als het pompstation wel een likje verf en wat onderhoud gebruiken. Kok beaamt het met een lach: “Klopt! De nieuwbouwplannen liggen al bij de gemeente ter goedkeuring. Alles gaat tegen de vlakte. Er komt dan een onbemande pomp, een shop en een ruimere werkplaats. Daarnaast wil ik een wasstraat van ongeveer 25 meter bouwen, samen met een paar wasboxen. Wasboxen heb ik nu ook en dat draait goed, want in Baarn is verder geen wasgelegenheid, op twee roll-overs na.”

Als de plannen eenmaal de benodigde stempels hebben, moet Kok ongeveer een miljoen euro op tafel leggen. Daarvoor heeft hij een investeerder gevonden. “Ja, dat is gelukt. Ik heb goede hoop dat het doorgaat. Ik moet een beetje geven en nemen en de gemeente ook, dan is het zo voor elkaar. En als het niet lukt, tja, dan ga ik verbouwen en dit pand helemaal opknappen. Ik heb nu voor mijn monteurs een kantine gemaakt in het magazijn. Dat is geen ideale situatie, dus er moet sowieso wat gebeuren. Als het aan mij ligt, gaat morgen de schop in de grond.”

Liever alleen de werkplaats
Patrick Kok vindt de combinatie tankstation/werkplaats een goede. Maar als hij moest kiezen, zou hij het tankstation aan de kant schuiven en alleen de werkplaats behouden. Kok: “Het tankstation brengt haast geen geld in het laatje. De marge op benzine is dermate klein geworden dat je het tankstation ermee draaiend kunt houden, maar het is vrijwel niet winstgevend. Shell zegt dat de je je personeel moet betalen met de inkomsten uit de shop. Maar ik heb hier een kleine shop, twintig vierkante meter, en ik zit niet aan de snelweg. Ik verkoop daarom voor de verkoopadviesprijs. Doe ik dat niet, dan lopen de mensen wel even naar de supermarkt verderop. Op de snelweg kan dat niet, waardoor de prijzen en dus de winstmarge op de shop daar hoger zijn.”