Vanaf juli 2014 tot en met 19 november 2015 bood Uber in Nederland binnen de Uber-app de dienst UberPop aan. Via deze dienst van Uber kon iedere privépersoon met zijn eigen auto vervoersdiensten verrichten. Het Openbaar Ministerie verwijt Uber dat het met UberPop de taxiwet heeft overtreden. Uber bood immers een app aan voor vervoersdiensten waarbij van de chauffeurs geen taxivergunning werd verlangd, terwijl dit wettelijk wel verplicht is.

“Het aanbieden van taxidiensten zonder vergunning werkt daarnaast concurrentievervalsend”, aldus het OM. Uber pleegde de feiten door middel van vier rechtspersonen, die het medeplegen van overtreding van de taxiwet verweten. De rechtspersoon met de grootste rol kreeg de maximale boete van 810.000 euro, de andere drie kregen 405.000 euro per vennootschap.

Verdiende commissie ontnomen

De persoon die het beleid van Uber in Nederland uitvoerde en verantwoordelijk was voor het uitrollen van UberPop, was volgens het OM betrokken bij de strafbare feiten die Uber in Nederland heeft gepleegd. Daarvoor heeft deze persoon een werkstraf van 90 uur verricht. Tot slot is het crimineel verdiende vermogen ontnomen. Uber ontving 20 procent van de ritprijs als commissie. In totaal is daar 309.409 euro mee verdiend.

Uber stopte in november 2015 met UberPop. “Nieuwe overtredingen op dit punt zijn ook niet meer geconstateerd”, aldus het Openbaar Ministerie. Omdat de rechtbank met dezelfde eisen zou zijn gekomen, is de zaak hiermee wat het OM betreft afgedaan.