Rekenkamer: ‘Subsidie stekkerauto’s duurder dan gedacht’

Subsidies op elektrische auto’s zijn een nog duurdere manier om de CO2-uitstoot terug te dringen dan het kabinet tot dusver heeft gemeld. Dat concludeert de Algemene Rekenkamer in een brief aan de Tweede Kamer, die om een onderzoek had gevraagd.

Rekenkamer: 'Subsidie stekkerauto's duurder dan gedacht'

Wie voor een elektrische leaseauto kiest, krijgt volgens de huidige regeling gedurende vijf jaar gemiddeld 5600 euro korting per jaar op de bijtelling. Voor de ruim 25.000 elektrische lease-auto’s die vorig jaar geleverd werden, komt dat neer op een totaalbedrag van 700 miljoen euro. Daar komt nog bij dat de overheid onder meer brandstofaccijns misloopt.

Staatssecretaris Menno Snel (Financiën) rekende eerder voor dat op basis van de bijtellingscijfers, de kosten per vermeden ton CO2-uitstoot zo’n 1700 euro zouden bedragen. Maar volgens de Rekenkamer, die controleert of de overheid verstandig omspringt met belastinggeld, kan dat bedrag zelfs oplopen tot 2000 euro.

De Rekenkamer denkt namelijk dat het gemiddelde van 5600 euro per jaar waar Snel mee rekent, weleens aan de lage kant zou kunnen zijn. Voor duurdere elektrische modellen, zoals de Tesla Model S en de Jaguar I-Pace, geldt namelijk een veel groter belastingvoordeel.

De vraag is ook wat voor auto elektrische rijders zouden hebben gekozen als de bijtellingskorting er niet zou zijn. De Rekenkamer gaat daarbij uit van gemiddeld schonere benzine- en dieselwagens dan de staatssecretaris. Daardoor vallen de kosten per vermeden ton CO2-uitstoot hoger uit.

De Rekenkamer stelde eerder al vast dat de inmiddels beëindigde stimulering van zuinige auto’s en hybrides waarschijnlijk niet de beste manier was om met belastinggeld de CO2-uitstoot te lijf te gaan. “Het is onwaarschijnlijk dat we over de huidige belastingvoordelen een andere conclusie gaan trekken.”

Snel reageert kritisch op de bevindingen van de Rekenkamer en noemt ze “voorbarig”. Om de kosten van en effecten van het huidige stimuleringsbeleid helder in beeld te krijgen zijn volgens hem berekeningen nodig die “vele malen complexer” zijn.

Rekenkamer: ‘Subsidie stekkerauto’s duurder dan gedacht’ - Automobielmanagement.nl

Rekenkamer: ‘Subsidie stekkerauto’s duurder dan gedacht’

Subsidies op elektrische auto’s zijn een nog duurdere manier om de CO2-uitstoot terug te dringen dan het kabinet tot dusver heeft gemeld. Dat concludeert de Algemene Rekenkamer in een brief aan de Tweede Kamer, die om een onderzoek had gevraagd.

Rekenkamer: 'Subsidie stekkerauto's duurder dan gedacht'

Wie voor een elektrische leaseauto kiest, krijgt volgens de huidige regeling gedurende vijf jaar gemiddeld 5600 euro korting per jaar op de bijtelling. Voor de ruim 25.000 elektrische lease-auto’s die vorig jaar geleverd werden, komt dat neer op een totaalbedrag van 700 miljoen euro. Daar komt nog bij dat de overheid onder meer brandstofaccijns misloopt.

Staatssecretaris Menno Snel (Financiën) rekende eerder voor dat op basis van de bijtellingscijfers, de kosten per vermeden ton CO2-uitstoot zo’n 1700 euro zouden bedragen. Maar volgens de Rekenkamer, die controleert of de overheid verstandig omspringt met belastinggeld, kan dat bedrag zelfs oplopen tot 2000 euro.

De Rekenkamer denkt namelijk dat het gemiddelde van 5600 euro per jaar waar Snel mee rekent, weleens aan de lage kant zou kunnen zijn. Voor duurdere elektrische modellen, zoals de Tesla Model S en de Jaguar I-Pace, geldt namelijk een veel groter belastingvoordeel.

De vraag is ook wat voor auto elektrische rijders zouden hebben gekozen als de bijtellingskorting er niet zou zijn. De Rekenkamer gaat daarbij uit van gemiddeld schonere benzine- en dieselwagens dan de staatssecretaris. Daardoor vallen de kosten per vermeden ton CO2-uitstoot hoger uit.

De Rekenkamer stelde eerder al vast dat de inmiddels beëindigde stimulering van zuinige auto’s en hybrides waarschijnlijk niet de beste manier was om met belastinggeld de CO2-uitstoot te lijf te gaan. “Het is onwaarschijnlijk dat we over de huidige belastingvoordelen een andere conclusie gaan trekken.”

Snel reageert kritisch op de bevindingen van de Rekenkamer en noemt ze “voorbarig”. Om de kosten van en effecten van het huidige stimuleringsbeleid helder in beeld te krijgen zijn volgens hem berekeningen nodig die “vele malen complexer” zijn.