Vergeleken met de eerste zes maanden van 2004 daalde de hoeveelheid gestolen auto’s in het eerste halfjaar van 2005 van 8585 tot 6853. In 2002 bedroeg dit aantal nog 11681. Directeur Guus Wesselink van AVc noemt dit een fantastisch resultaat. Hij schrijft het succes toe aan de gezamenlijke inspanningen van diverse partijen. Zo investeerde de autobranche mede onder druk van verzekeraars in verbeterde procedures bij het sleutelbeheer en proefritten. De politie spande zich in bij de aanpak van veelplegers en IVA neemt autocriminaliteit op in het lesprogramma. De RDW controleert de herkomst van ingevoerde voertuigen zorgvuldig en let bij herkeuring van gerepareerde voertuigen goed op de identiteit. De diefstal van suv’s verminderde met vijftig procent door de installatie van extra beveiligingsmiddelen door fabrikant en importeur. Ook internationale samenwerking reduceert de autocriminaliteit. Zo voorzagen de RDW, AVc en de politie de Roemeense politie van middelen en methodieken om gestolen voertuigen te traceren. Enkele jaren geleden doken nog tweehonderd ontvreemde Nederlandse auto’s op in dit land, het afgelopen jaar geen enkele meer. Gestolen onderdelen vinden nog wel hun weg naar Oost-Europese landen en de landen van de voormalige Sovjet Unie. De afzet van complete voertuigen concentreert zich hoofdzakelijk op het Midden Oosten en Afrika.