Nadat Lehman Brothers in september 2008 omviel en de financiële crisis een feit was, heeft Suzuki zijn partner GM inmiddels ingeruild voor Volkswagen. Ford heeft zijn 31-jarige verbintenis met Mazda verregaand afgebouwd en Mitsubishi – eens een ongelukkige bruid van Daimler – is een nieuwe romance begonnen met PSA Peugeot Citroën. De middelgrote Japanse fabrikanten hebben heel lang geleund op de verbintenissen met buitenlandse merken voor de noodzakelijke schaalgrootte en de toegang tot overzeese markten. Het laatste nieuws in dit kader is het feit dat Ford zijn (nog elf procent grote) aandeel in Mazda wil afbouwen naar maar drie procent. Ooit had Ford een derde deel van de aandelen Mazda in bezit.

 

De vraag is of Mazda zonder de schaalgrootte van Ford verder kan. Maar het Japanse bedrijf rekent erop dat innovatie het gebrek aan schaalgrootte wel kan compenseren. Vorig jaar haalde het Mazda 1,2 miljard dollar aan nieuw geld op, vooral voor research en development. Een van de resultaten daarvan is de nieuwe SkyActiv-G , een serie van brandstofbesparende maatregelen met zuinige motoren en lichtgewicht constructies. Volgens Mazda gaat het eerste SkyActiv-model, op basis van de Mazda2, één liter op dertig kilometer verbruiken, volgens de Japanse meetnorm. Maar om te overleven moet Mazda af van een te grote afhankelijkheid van zijn export waardoor het merk kwetsbaar is voor de dure yen. Mazda exporteerde ruim 61 duizend auto’s in de maand september, meer dan twee keer zoveel als Honda, en dat bedrijf is drie keer zo groot als Mazda.

 

Mazda-topman Takashi Yamanouchi heeft voorspeld dat de dertig miljard yen aan operationele winst in het afgelopen fiscale jaar zomaar verloren kan gaan met de sterk stijgende Japanse munt. Er zijn geruchten, zo meldt de zakenkrant Financial Times, dat Mazda een Amerikaanse fabriek wil bouwen, misschien in Mexico. Kennelijk wil Mazda zijn nieuwe verkregen onafhankelijkheid waarborgen, dit in tegenstelling tot Suzuki en Mitsubishi die onlangs nieuwe partners hebben gevonden. Afgelopen december tekende Suzuki en overeenkomst met Volkswagen, nadat VW voor 222 miljard yen (2,78 miljard dollar) een aandeel kocht van 19,9 procent. Die deal kwam nadat GM, de partner van Suzuki sinds 1981, zijn restantaandeel van drie procent in Suzuki verkocht in zijn ultieme poging niet failliet te gaan. Op het eerste gezicht heeft Suzuki niet zo’n behoefte aan een partner, gezien zijn constante winstgevendheid en grote kasreserves. Suzuki vaart wel bij zijn inzet op de Indiase markt met zijn meerderheidsaandeel in Maruti Suzuki. Maar Osama Suzuki zegt dat zijn bedrijf toch een grote broer nodig heeft om zijn bedrijf schaalgrootte te geven en toegang tot peperdure nieuwe technologieën zoals hybrides en ev’s.

 

Nadat Mitsubishi zijn partnerschap met Daimler kwijtraakte in 2005, is het onderhouden door andere bedrijven in de Mitsubishi-groep. Vorig jaar zocht het een financiële alliantie met PSA Peugeot Citroën maar dat wilde PSA niet, waarschijnlijk uit angst voor het dividend dat de alliantie zou moeten betalen over 490 miljard yen (6,1 miljard dollar) aan preferente aandelen die in handen zijn van andere Mitsubishi-bedrijven. In plaats daarvan hebben de bedrijven een andere afspraak gemaakt: zijn gaan samen elektrische auto’s ontwikkelen. (bron: FT)