Woordvoerder Jim Cain licht de beslissing als volgt toe: "Alle voorstellen zorgden direct of indirect dat intellectuele eigendommen verkocht zouden worden op een manier die strijdig was met de belangen van General Motors, onze aandeelhouders en onze Chinese joint venture partner SAIC."

De woordvoerder bedoelt de patenten op diverse technologieën die Saab gebruikt maar nog steeds GM-bezit zijn. Zonder het recht op die techniek is Saab niet levensvatbaar, want dan kunnen de huidige modellen 9-3, 9-5 en 9-4X niet doorgebouwd worden. Gratis de betreffende techniek ter beschikking stellen klinkt leuk, maar daarmee zou General Motors zichzelf voor wat betreft de Chinese bedrijfsactiviteiten in de voet schieten. Helemaal als Youngman auto’s met Saab-technologie naar Europa zou gaan exporteren, de thuismarkt van General Motors’ regionale merk Opel.

Over de kansen op een doorstart bestaat buiten Saab zelf weinig optimisme. "Ik ben zeer verbaasd dat er twee jaar geleden überhaupt iemand was (i.c. Victor Muller) die Saab wilde overnemen", zegt Lars Holmqvist, vice-president van de Europese vereniging van toeleveranciers in de auto-industrie.

Martin Skold, assistent professor van de School of Economics in Stockholm, die onderzoek heeft verricht naar de auto-industrie, sluit zich min of meer aan bij de analyse van Sidahl: "Er is waarschijnlijk weinig interesse in de aankoop van Saab in zijn geheel. Daarom is het meest aannemelijke scenario dat bestaande autofabrikanten, vermoedelijk uit China, delen van Saab’s technologische bezittingen zullen aankopen". Skold wijt het faillissement aan drie factoren: "De bestaande automarkt is veel te klein om van Saab een levensvatbare individuele onderneming te maken; de huidige eigenaar heeft te weinig financieel kapitaal om het bedrijf te ontwikkelen; Saab beheert niet alle technologie die het in gebruik heeft."

Fredrik Sidahl, topman van FKG, een Zweedse toeleverancier van Saab, is stellig. "Misschien zal er een nieuw klein bedrijf ontstaan, maar dit is het einde voor de autofabriek." Door herstartproblemen en wantrouwen onder leveranciers is het Muller nooit gelukt om boven de 32 duizend auto’s uit te komen. De meeste toeleveranciers stelden hun productiecapaciteit bij toen Saab zijn fabriek stillegde; de directe impact van het faillissement is daardoor beperkt.

Bron: Autointernationaal.nl