Behalve het op de rails zetten van de inmiddels welbekende Karma (waarvan nog een aantal extra carrosserievarianten komen) is Fisker bezig met de ontwikkeling van een tweede, minder duur model. Deze Nina werd in 2009 aangekondigd en zou oorspronkelijk dit jaar op de markt komen. Maar de introductie is inmiddels uitgesteld tot de tweede helft van 2013. Door het groene karakter van de Karma wist Fisker bij de Amerikaanse overheid een lening van maar liefst 529 miljoen dollar los te peuteren. Dat geld moest als volgt aangewend worden: 169 miljoen dollar mocht gebruikt worden voor het productierijp maken van de Karma en de rest (359 miljoen) was bestemd voor de ontwikkeling en het bouwen van de Nina.

Op dit moment heeft Fisker 193 miljoen dollar van die overheidslening gebruikt (het Karma deel, plus een beetje Nina) en nu is bekend geworden dat de overheid al sinds mei 2011 geen cent meer wil overmaken. Woordvoerder Roger Ormisher van Fisker moest toegeven dat er wat ‘onenigheid’ was over het wel of niet behalen van de doelstellingen. Er zou in de ogen van de Amerikaanse overheid onvoldoende progressie zijn geboekt. Navraag leert dat de Karma niet aan de verkoopverwachtingen voldoet en het is begrijpelijk dat de Amerikaanse overheid geen zin heeft om geld te steken in een wellicht kansloos project.  Als gevolg van de financiële perikelen heeft Fisker 26 man personeel moeten ontslaan in de fabriek in Wilmington (Delaware) waar de Nina gebouwd moet gaan worden. Op het hoofdkantoor van Fisker in Anaheim zijn veertig (tijdelijke) werknemers overtollig geworden, maar dat zou vooral het gevolg zijn van het feit dat de ontwikkeling van de Karma af is. Ook voor de Nina zit het meeste werk er op.

Overigens ondervindt de productie van de Karma geen hinder van deze problemen. Dit model kan letterlijk en figuurlijk buiten schot blijven omdat de hybride sportsedan bij het Finse Valmet van de band rolt en niet in de VS. De productie is overigens zeer bescheiden: dagelijks worden 20 tot 25  exemplaren van de Karma gebouwd , op jaarbasis is dat een output van zo’n zesduizend auto’s. Oorspronkelijk ging Fisker nog uit van twintigduizend stuks in 2012 en deze doelstelling is inmiddels verlaagd naar tienduizend auto’s. Maar dat zou niet de oorzaak van de liquiditeitsproblemen zijn. Fisker benadrukt nog maar eens dat zij de afgelopen jaren voor 850 miljoen dollar aan kapitaal heeft opgehaald bij private investeerders.  (bron: Autointernationaal)