Marchionne wijst op de hoge verliezen en sombere vooruitzichten voor autobouwers in Europa. Die nopen hem tot een strategische koerscorrectie. In de optiek van de CEO zijn Alfa Romeo en Maserati de wapens voor het  premium en luxe segment. Voor Fiat eindigt de rol als brede speler, die het met hulp van Chrysler aanvankelijk nog leek te gaan vervullen. Het merk moet zich gaan focussen op de 500, 500 L en Panda en die à la Mini uitbouwen met tal van varianten.

Voor het vijf modellen omvattende, illustere label Lancia blijft het credo dat Amerikaanse Chryslers worden vermarkt als Lancia’s. Alleen in de kleine Ypsilon ziet Marchionne nog Europees productieperspectief. De overige modellen zullen van de band (blijven) lopen in de VS, inclusief de opvolger van de Delta. In Italië heeft de Ypsilon een groot marktaandeel, reden voor Marchionne om dit specifieke model in eigen land wél de reddingsboei toe te werpen.