Uit een rapport van professor Lance Compa blijkt dat Nissan in de VS de voorwaarden van de International Labour Organization (ILO) aan zijn laars lapt. Het bezoek van UAW aan Parijs is opmerkelijk want de Franse overheid is voor vijftien procent eigenaar van Renault, dat op zijn beurt 43 procent van Nissan bezit, terwijl Nissan weer een aandeel van vijftien procent heeft in Renault. Carlos Ghosn is ceo van beide bedrijven en Renault tekende afgelopen juli een Global Framework Agreement ter bescherming van de rechten van zijn medewerkers.

Compa sprak in Parijs over de relatie tussen Renault en Nissan en het belang van de situatie dat de rechten ook op werknemers in de fabriek in Mississippi van kracht zijn. De delegatie en de Franse vakbonden spraken ook met de pers over de schending van internationale arbeidsrechten, zoals door Compa omschreven.

Het bezoek aan Parijs maakt deel uit van een pakket van inspanningen om Nissan te dwingen in de VS de internationale arbeidsrechten te respecteren. Eerder zijn al pogingen ondernomen in Washington DC en op de autotentoonstelling in Geneve om het onderwerp in de publiciteit te brengen, terwijl ook een ‘optreden’  rond de volgende maand te houden autoshow in Tokio gepland staat. Shelia Dixon, een medewerksters van de Amerikaanse Nissan-fabriek zei in Parijs dat zij zich elke dag voor honderd procent inzet voor Nissan: "Maar het is belangrijk dat het Amerikaanse management erkent dat wij recht hebben op een eerlijke vakbondsverkiezing en een verbetering van onze arbeidsomstandigheden. Het werkrooster van tien uur per dag en zes dagen per week is niet veilig. En dit wordt nog erger want tijdelijke arbeidskrachten werken tot twaalf uur per dag. Met het verlies van ons pensioen hebben we al genoeg verloren."