Het gaat hier om de Auto Union Type D Doppelkompressor uit 1939, een van de beide veelbesproken auto´s die het Amerikaanse verzamelaarsechtpaar Karassik in de jaren tachtig in de vroegere Sovjet-Unie opspoorde en met veel moeite naar het westen smokkelde. Hier werden de auto´s mede aan de hand van historische adviezen van Audi gerestaureerd. "Met deze aankoop, een bijzonder emotioneel moment, is voor Audi de cirkel rond", vindt Thomas Frank, hoofd van Audi Tradition, de afdeling die het historisch erfgoed beheert. Dankzij de recente aankoop bezit Audi nu drie van de vijf nog bestaande Auto Union-raceauto´s die grotendeels als origineel te boek staan.

De Silberpfeil racewagens waarmee de Duitse automobielconcerns Auto Union en Mercedes tussen 1934 en 1939 tal van successen behaalden op de internationale circuits en in bergraces, zijn voor autoliefhebbers legendarisch. Coureurs als Bernd Rosemeyer, Tazio Nuvolari en Hans Stuck, die voor de Auto Union in actie kwamen, werden als helden vereerd. Met de compressormotoren werden snelheden van boven de 300 kilometer per uur bereikt. Door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog kwam er echter een abrupt einde aan het compressortijdperk. De Auto Union Silberpfeile werden na de oorlog als herstelbetaling meegenomen door het Sovjet-leger.

Behalve de Auto Union Type C, die al voor de oorlog was geschonken aan het ‘Deutsches Museum’ in München en tijdens een bombardement op München beschadigd was geraakt, golden alle Silberpfeile van de Auto Union als verdwenen. Eind jaren zeventig echter deden eerste geruchten de ronde over een mogelijke vondst van een auto in de Sovjet-Unie. Paul Karassik, een Amerikaanse oldtimerverzamelaar, ging met zijn echtgenote Barbara op zoek. Als jongen had Karassik de Silberpfeile in actie gezien tijdens de Grand Prix van Belgrado en sindsdien was hij gefascineerd door deze auto´s. Zijn afkomst uit een Wit-Russische familie en zijn kennis van de Russische taal hielp hem bij zijn zoektocht, maar niettemin had hij meer dan tien jaar en vele reizen naar de Sovjet-Unie nodig om de resten van twee gedemonteerde Auto Union-raceauto´s in Rusland en de Oekraïne op te sporen en uiteindelijk te kopen.

Na diverse reizen nam Karassik zelf de onderdelen door het IJzeren Gordijn mee naar West-Europa, van waar de motoren, chassis, assen en versnellingsbakken per vliegtuig naar Florida konden worden getransporteerd. Vanaf begin jaren negentig startte het restauratieproces, waarbij de historische afdeling van Audi tal van waardevolle adviezen gaf en de gespecialiseerde firma Crosthwaite & Gardiner in Groot-Brittannië het grootste deel van de werkzaamheden uitvoerde. Uiteindelijk werd besloten met behulp van de beschikbare onderdelen een Type D-raceauto met enkele compressor in de uitvoering van 1938 en een Type D-raceauto met dubbele compressor uit 1939 op te bouwen. Omdat er geen carrosserieonderdelen meer beschikbaar waren, moesten de carrosserieën door Rod Rolley Coachbuilding geheel nieuw worden vervaardigd. In de zomer van 1994 was het project klaar en op 1 oktober 1994 stonden beide auto´s voor het eerst sinds 1939 weer aan de start van een evenement, de Eifel Klassik op de Nürburgring.

Het eerste grote publieksoptreden staat gepland tijdens de Goodwood Revival van 14 t/m 16 september in Groot-Brittannië, waar de beide Auto Union Type D Silberpfeile te zien zullen zijn.