De Belastingdienst haalt bakzeil in een jarenlang dispuut over te hoge waardebepaling van tweedehands importauto’s. Dat betekent dat particulieren en bedrijven die de afgelopen jaren auto’s uit het buitenland hebben gehaald, tot duizenden euro’s kunnen terugkrijgen aan bpm, de luxebelasting op auto’s en motoren. Er zijn de afgelopen jaren duizenden bezwaarschriften tegen te hoge bpm-aanslagen ingediend, in totaal ter waarde van tientallen miljoenen. Een woordvoerder van de Belastingdienst kon vrijdag geen indicatie geven over het totaalbedrag dat de fiscus moet terugstorten.

Het gerechtshof in Arnhem bepaalde begin augustus dat particulieren en bedrijven die tweedehands auto importeren, bij de aangifte voor de bpm gebruik mogen maken van de waardebepaling door Xray. Dit bedrijf hanteert lagere waarderingen dan concurrenten Autotelex en EuroTax. De bpm op importauto’s levert jaarlijks honderden miljoenen op.

De Douane, die verantwoordelijk is voor de heffing van bpm, gaat niet in cassatie bij de Hoge Raad tegen de uitspraak van het Arnhemse gerechtshof, zo maakte de dienst bekend. ‘Wij accepteren voortaan bpm-aangiften die uitgaan van Xray’, zo laat een woordvoerder van de Belastingdienst weten. ‘We gaan wel onderzoeken of de waarde van een auto eenduidiger kan worden bepaald’, aldus de zegsman.

Tom Corduwener, directeur bij Xray, is verheugd over het besluit van de fiscus niet door te procederen. ‘Eindelijk gerechtigheid’, aldus Corduwener, die al zeven jaar lang probeert zijn waardebepaling geaccepteerd te krijgen bij de Belastingdienst. Xray gaat bij de bpm-aangifte uit van de inkoopwaarde van een tweedehands importauto. De fiscus daarentegen nam tot voor kort de verkoopprijs als uitgangspunt. Daarin zaten kosten als het rijklaar maken van de auto, garantie en een handelsmarge van pakweg tien tot vijftien procent. Medeoprichter Hans Hoogsteen van Stichting BPM Claim is blij. ‘We zullen zien of de fiscus onmiddellijk zijn beleid aanpast. Maandag staan we met een paar importauto’s bij de Douane en dan zal blijken of de waardering volgens Xray wordt geaccepteerd.’ De Stichting BPM Claim vertegenwoordigt ruim achthonderd bezwaarschriften. Met de Belastingdienst is kortgeleden een schikking getroffen voor deze gevallen. Maar hiermee is het verzet tegen de bpm-waardering door de fiscus niet voorbij. Een nieuwe waarderingsmethode die de fiscus vanaf mei hanteert, klopt volgens Hoogsteen ook niet.