De pilot was mede opgezet door het Belgische ministerie van Openbare Werken en Mobiliteit. Werknemers van de vijf bedrijven konden een pakket samenstellen dat kon bestaan uit een leaseauto, het openbaar vervoer en een lease- of bedrijfsfiets.

Tijdens het proefproject veranderde het mobiliteitsgedrag van de deelnemers grondig. Het woon-werkverkeer met de auto daalde dertig procent (van tachtig naar vijftig). Het aandeel van de fiets steeg van 10 naar 22 procent, dat van de trein verdriedubbelde van acht naar 24 procent.

Bovendien maakte de deelnemers voor het woon-werkverkeer veel meer dan vroeger de keuze om vervoermiddelen te combineren. Voor zakelijke reizen blijft de auto nog wel het meest populaire vervoermiddel.

Minister Crevits van Mobiliteit ziet potentieel voor het mobiliteitsbudget, zegt ze in het Belgische Knack. "Er is ruimte om de ‘vervoersknop’ bij werknemers om te draaien. Het concept van het mobiliteitsbudget doet de weggebruiker creatief omgaan met de vervoermiddelen die voorhanden zijn en leidt tot een bepaald mobilititeitsbewustzijn."