De pomphouders vinden laadpalen oneerlijke concurrentie omdat zij vinden dat alleen zij brandstof en energie mogen verkopen langs de rijksweg. De oliemaatschappijen hebben namelijk in een overeenkomst met de overheid afgedwongen dat zij tot 2024 exclusiviteit hebben op alle locaties langs de snelweg op het verkopen van brandstoffen (de benzinewet). Zij vinden dat elektriciteit ook een brandstof is.

Voorzitter Petra van Stijn van belangenvereniging Beta vindt het oneerlijke concurrentie, omdat de exploitanten van de laadpalen geen huur betalen. "Pomphouders langs de snelweg hebben enorme investeringen gedaan en betalen hoge afdrachten aan Waterstaat. " Maar ANWB-baas Guido van Woerkom is het totaal niet met de pomphouders eens. "Er komt een nieuwe partij bij omdat de bestaande brandstofleveranciers een beetje schouderophalend naar de ontwikkelingen hebben gekeken. Dan gaan andere ondernemers ermee aan de slag. Die moet je vervolgens niet gaan verwijten dat ze inspelen op marktkansen", zegt hij op BNR. Van Woerkom vindt dat de laadpalen er moeten komen. "Als je elektrisch rijden wil bevorderen, en dat willen we met het oog op het milieu en de luchtkwaliteit, dan moet er ook snel opgeladen kunnen worden. En de beste plek ervoor is langs de snelweg."

De groep van 26 pomphouders achter het kort geding was niet bereikbaar voor commentaar. De zaak dient over twee weken. (bron: BNR)