“Wij willen flexibel zijn in de aandrijflijnen. Wat de klant wil en kan gebruiken in zijn omgeving, dat moeten we produceren.” Dat zegt Pieter Nota, de Nederlander die in de Raad van Bestuur van BMW verantwoordelijk is voor verkoop en marketing, in een lang interview met de Telegraaf.

Nota denkt dat het ook haalbaar is om beide soorten aandrijvingen naast elkaar te ontwikkelen. “Wij draaien een omzet van €100 miljard en hebben in 2018 7% daarvan in R&D geïnvesteerd. Of elektrisch populair wordt, is van zoveel dingen afhankelijk, zoals bijvoorbeeld de infrastructuur en overheidsstimulering. Nederland doet het elektrisch erg goed, Noorwegen is koploper. Er bestaat ook een misverstand. Wij laten een waterstofauto zien en er wordt gezegd dat we elektrisch afzweren. Dat is niet zo. We vinden het heel belangrijk dat we elektrische auto’s aanbieden.”

Over de samenwerking met aardsconcurrent Mercedes zegt Nota: “We hebben met Mercedes een joint venture op het gebied van diensten, van autodelen en parkeren tot gereden worden. Hiervoor hebben we inmiddels 75 miljoen gebruikers. Maar samenwerking heeft zijn grenzen, want ieder heeft toch zijn eigen dna. Ik verwacht nog wel meer allianties om de investeringen te kunnen delen.” De Nederlandse topman noemt tenslotte VDL in Borne een heel betrouwbare partner. “VDL is ook onderdeel van onze productiestrategie om flexibel te zijn in onze productielocaties. Onze relatie met Nedcar is uitstekend.”

Lees ook: Brandstofcel staat voor doorbraak

Lees ook: Vlaanderen stopt met subsidie op EV