Te midden van alles wat Weihnachten uitademt, maak ik mijn wederhelft duidelijk dat onze volgende leaseauto een witte BMW 320 EDE (Efficient Dynamics Edition) wordt. Gunstig in verbruik, laag in de bijtelling en toch sportieve prestaties, bijvoorbeeld als we de volgende keer naar Berlijn gaan. "Maar ik weet niet eens hoe die auto er precies uitziet", werpt ze tegen. Een probleem, zegt u? helemaal niet – althans als je op dat moment wandelt over de Kurfürstendamm.  In de hoofdstad van Europa’s grootste automarkt heeft ieder zichzelf respecterend automerk een flagstore. En natuurlijk bevindt die zich bij voorkeur op de dure Ku’damm.

We lopen langs de vitrines van Mercedes en Peugeot richting BMW. Voor de deur houdt een portier ons tegen. Vriendelijk maar beslist maakt hij duidelijk dat het showpaleis "für eine private Party" van de firma Apfelkorn is afgehuurd. Een honderdtal genodigden is van de partij – maar wij dus niet. "Das ist ja Schade." Wanneer de man van ons hoort waarom we eigenlijk de BMW flagstore inwillen, wordt hij plotseling razend enthousiast. Of ik wel weet dat BMW technisch "super ist"? En dat de Zuid-Duitsers weliswaar twijfelen aan nut en noodzaak van elektrisch rijden maar er intussen wel volledig klaar voor zijn, zodra dat zou moeten. En dat waterstof eigenlijk de beste duurzame oplossing  is en – dat hoef ik u natuurlijk niet te vertellen – BMW dat alles "völlig im Griff hat." Maar ja, waar moet je momenteel tanken, hè?

De portier in de grote blauwe jas gaat helemaal op in zijn BMW-lofzang. Geamuseerd maar ook licht bewonderend hoor ik zijn verhaal aan. Hoezo beleving en emotie tonen bij je merk? Aan deze man zou een gemiddelde verkoper nog een voorbeeld kunnen nemen.