Heet hangijzer
Eerst nog maar even een heet hangijzer: tot een paar jaar geleden was EV de aanduiding van een volledig elektrisch rijdende auto, zónder hulpvoorzieningen. Dat hield stand tot de Chevrolet Volt en Opel Ampera kwamen, later gevolgd door de Fisker Karma en Toyota Prius Plug-in. Die waren populair (in elk geval populairder dan de accuauto’s) dus werden ze door de EV-gemeente meteen maar ingelijfd en voorzien van het etiket ‘wegbereider naar een volledig elektrische toekomst’.  In de ambtelijke plannenmakerij anno 2010 had de PHEV een eervolle bijrol in het hoofdstuk fiscale maatregelen. De omschrijving  ‘bepaalde semi-elektrische modellen’ illustreert  dat ze worden gezien als een tijdelijk en noodzakelijk kwaad, als opstap naar zero emission-mobiliteit.

Door de halfelektrische auto in de gelederen te sluiten, werd de EV in handen van beleidsmakers een succes. Dat vooral met dank aan de Ampera van Opel die in 2011 debuteerde. Het gevolg: de ambitie van 20.000 verkochte EV’s per 2015 wordt twee jaar eerder gerealiseerd dankzij  vooral Mitsubishi en Volvo. De Ampera – gangmaker in deze categorie – heeft het nakijken.

200.000 in 2020?
Balkenende IV formuleerde het doel van 20.000 EV’s in 2015 en vervolgens 200.000 in 2020. Komende zeven jaar gaat het dus om gemiddeld ruim 25.000 EV’s per jaar. Er zijn desondanks wel een paar hordes geïntroduceerd per 2014, zoals een gewijzigde fiscale bijtelling, minder investeringsaftrek en wegenbelasting (per 2016) naast de hoge prijzen van deze voertuigen.

1.500 EV’s
Dus wat wordt het in 2014? Alleen gekeken naar accu-auto’s gaat het om de BMW i3 (zonder range extender), de Model S van Tesla, plus de Zoe van Renault en de Leaf van Nissan.  Even over de duim moeten dat er 1.500 kunnen worden: zeg 300 Leafs, 400 Zoe’s en 700 Tesla’s. Da’s ruim meer dan bureau Aumacon voorspelt. Het illustreert hoe slecht de markt is in te schatten.

10.000 PHEV’s
Dan de verkopen van de halfelektrische auto’s, de plug-in hybrides. Mitsubishi heeft nog een paar duizend orders staan voor 2014. Dus dat gaat lekker richting de 5.000 op jaarbasis. Laten we verder gewoon aannemen dat door de fiscale wijzigingen het volume halveert ten opzichte van 2013 met door de naar voren getrokken verkopen.  Dan komen we op net iets minder dan 10.000 stuks in deze categorie. Tellen we de pure EV’s erbij, dan zijn het er dus ruim 11.500. Op een markt van 400.000 stuks is dat dus 2,9%. Het totale wagenpark gaat dan naar meer dan 30.000 EV’s/PHEV’s. Op ca. 8,25 miljoen personenauto’s (2014) is dat 0,36 procent.

0,09 procent minder uitstoot
We rekenen even door. Aannemend dat deze auto’s even veel kilometers per jaar rijden als andere auto’s en gemiddeld zorgen voor een CO2-reductie van grofweg 25 procent per kilometer, dan verlagen deze 30.000 auto’s de CO2-uitstoot met 0,09 procent (CO2-uitstoot personenautoverkeer). Op naar de 0,10 in 2015!

 

Bron: Zerauto