Per 1 januari is, in de aanloop naar de kilometerheffing, de BPM bij aankoop van een nieuwe auto verlaagd. Ter compensatie wordt de motorrijtuigenbelasting verhoogd, omdat het om een budgettair neutrale operatie gaat. De tarieven van de BPM dalen hierdoor met vijf procent. Kopers van een relatief dure, maar naar verhouding relatief lichte auto, profiteren het meest.

De BPM, oftewel de aanschafbelasting voor nieuwe personenauto’s, wordt dit jaar voor het eerst geheven op basis van de CO2-uitstoot. Tot en met 2009 diende de catalogusprijs nog als basis. De BPM wordt in vier jaar tijd omgebouwd, hetgeen betekent dat vanaf 2013 de BPM nog uitsluitend geheven wordt op basis van de zuinigheid van een auto. De bonus-malusregeling en de CO2-toeslag worden dit jaar afgeschaft en vervangen door een tarief per gram CO2-uitstoot. Daarnaast is in 2010 nog een deel van de BPM gebaseerd op de catalogusprijs (27,4 procent).

Voor zeer zuinige auto’s hoeft per 1 januari geen motorrijtuigenbelasting meer te worden betaald. Sinds 1 januari vorig jaar bedroeg het tarief voor zeer zuinige auto’s nog maar een kwart van de normale wegenbelasting. Criteria zijn maximaal 95 gram/km CO2-uitstoot voor dieselmodellen of maximaal 110 gram CO2/km voor auto’s die op benzine of aardgas rijden. De lat voor de definitie van zeer zuinige auto’s zal jaarlijks hoger gelegd gaan worden.

Auto’s die iets meer CO2 uitstoten, maar nog steeds als ‘zuinig’ bestempeld kunnen worden, krijgen in 2010 en 2011 een BPM korting. Dit jaar gaat het om 750 euro. Hiermee wordt het verschil in BPM tussen zeer zuinige auto’s (die van BPM zijn vrijgesteld) en zuinige auto’s niet te groot. Het gaat concreet om benzineauto’s met een CO2-uitstoot tussen de 110 en 120 gram/km en diesel- plus aardgasmodellen met een CO2-uitstoot tussen de 95 en 120 gram/km.