Dat blijkt uit het meest recente onderzoek van JD Power, zo meldt de Financial Times.

Ieder jaar houdt JD Power de mankementen van automodellen tegen het licht. De resultaten zijn gebaseerd op 82 duizend reacties van kopers en hebben betrekking op het aantal mankementen binnen negentig dagen na de aanschaf. De drie grote Amerikaanse fabrikanten – Ford, GM en Chrysler – komen op een gemiddelde van 108 problemen per honderd voertuigen. Dat is een fractie minder dan de 109 die werden gemeld bij Aziatische en Europese modellen. De onderzoekers spreken van "een mogelijk keerpunt voor de Amerikaanse merken", aangezien zij in de voorbije kwart eeuw structureel slechter presteerden dan de buitenlandse concurrentie. In het jaar 2000 bijvoorbeeld noteerden ze 164 mankementen per honderd voertuigen, tegen 141 voor niet-Amerikaanse merken.

De rem-, vloermat- en andere problemen waarmee Toyota de afgelopen maanden negatief in de publiciteit kwam, hebben hun uitwerking niet gemist. Het symbool van betrouwbaarheid glijdt bij JD Power af van de zesde naar de 21e plaats. Eigenaren van een Porsche rapporteerden ditmaal het minste aantal gebreken, gevolgd door Honda’s premiummerk Acura, Mercedes-Benz, Lexus en Ford. De slechtste score werd behaald door LandRover, gevolgd door Mitsubishi, Volkswagen, Mini en Jaguar. Ford wist met twaalf modellen de top drie van de diverse segmenten te bereiken, meer dan welke andere autofabrikant ook. GM deed het met tien top-driemodellen eveneens goed. Gisteren liet GM weten dat het negen van zijn elf fabrieken in de VS van de zomer gewoon in bedrijf houdt – en niet, zoals gebruikelijk, twee weken sluit.

Probleem voor de grote drie Amerikaanse merken blijft volgens Financial Times het negatieve imago: het zal vooralsnog lastig blijven om de naar vreemde merken overgestapte (en tevreden) kopers snel en massaal terug op het oude nest te krijgen.