Het besluit zal vallen terwijl er in de Europese landen groeiend ongenoegen heerst over het verkoopproces. En andere regeringen, met name die van Engeland, zijn bezorgd dat de Duitsers zullen gaan bepalen welke fabrieken moeten sluiten of waarvan de productie moet worden teruggebracht.
Magna, met steun de Russische Sberbank, en RHJ International hebben in de laatste twee dagen hun biedingen besproken met de top van General Motors. Die heeft tot nu toe altijd een voorkeur gehad voor RHJ omdat men bang is dat Magna en Sberbank de technologie van Opel zullen wegsluizen naar de Russische autoindustrie. En Rusland is in toenemende mate een belangrijke markt voor het merk Chevrolet van GM. Maar de Duitse regering zou alleen met geld (4,5 miljard euro) over de brug willen komen als de keuze valt op Magna. Dat heeft Jochen Homann, de onderminister van economische zaken en tevens de voorzitter van de Opel Taskforce van de regering, nog weer bevestigd.
Beide bieders hebben aangegeven dat het personeelsbestand van Opel moet worden teruggebracht met zo’n tienduizend mensen maar Magna zal de meeste daarvan schrappen buiten Duitsland. De Britse minister van economische zaken, Lord Mandelson, heeft zijn ongenoegen over Duitsland kenbaar gemaakt. Hij is van mening dat de besluitvorming niet moet worden beïnvloed door politieke overwegingen uit welk land dan ook. De Britten vinden bovendien dat het verkeerd is van Duitsland dat zij een voorkeur heeft uitgesproken, omdat het de onderhandelingspositie van GM zou verzwakken.