Wie is de beste in jullie sector? En wat zijn jullie plannen om de beste te worden? Dit soort vragen vuurt Wessel Berkman, directeur van adviesbureau The Brown Paper Company, tijdens zijn trainingen op de managers af. Hij hengelt steevast naar onderscheidend en gemeenschappelijk beleefd dna want dat geeft organisaties toekomstperspectief. Elke onderneming herbergt namelijk dit soort structurele (tastbare) en culturele (onzichtbare) elementen.

Eigenheid cultiveren

Ook in Berkman’s recente publicatie vormen de genen de rode draad. Wil een bedrijf  overleven of – liever nog – sterker worden dan de concurrent  dan moet het permanent zijn eigenheid cultiveren. Steek de kostbare euro’s dus niet in alleen in een nieuw automatiseringssysteem maar ook in de bouw van een team dat dezelfde waarden hanteert. Als je daar niet op focust, kalft stukje bij beetje je bedrijfs-dna af, volgens Berkman.  "Want onherroepelijk neemt een nieuwe medewerker de terminologie en aanpak van eerdere werkgevers mee – en dan krijg je ruis. Om dat te voorkomen en verschillen in agenda’s voor te zijn, moet daarom in de aannameprocedure het vocabulaire van de nieuwe werkplek op tafel komen. Inclusief de hamvraag: ‘kunt u zich hieraan committeren?’"

Verdrietig of angstig

Juist in tijden van zwaar weer neigen ondernemingen ernaar het meest herkenbare deel van hun genetische code weg te bezuinigen. Maar versterken ingrepen als ontslag, panden sluiten en trainingen schrappen het dna? En creëren ze een reëel toekomstperspectief? Ontstaat er een beter – of zelfs het beste bedrijf in de sector – door? Of zijn dit soort maatregelen niet meer dan een instrument om het kostenniveau omlaag te brengen? De vraag stellen is ‘m beantwoorden, betoogt de auteur. "Meestal lijden omzet, goodwill en betrokkenheid van de resterende medewerkers eronder. Wie weg moet, is verdrietig. Wie mag blijven, is angstig. En ja, met minder en defensieve mensen is het lastig om aan een onderscheidend dna te bouwen."

Commodity

Natuurlijk is het volgen van een opleiding nuttig om de neuzen dezelfde kant op te krijgen. Maar Wessel Berkman waarschuwt voor standaardwerk: vandaag is deze training voor jou, morgen is-ie voor een ander. "Wil je écht iets aanpakken, dan moet bij elke cursuseuro de vraag luiden: verbetert of verzwakt dit mijn dna? Wat gaat de aanbieder expliciet toevoegen aan de inhoud om jouw bedrijf beter te maken dan je concurrent? Als je dat vraagt en het blijft lang stil, dan moet je je afvragen of je wel bezig bent het juiste trainingsbureau te selecteren. De meeste aanbieders hebben de logo’s van afnemers op hun website om te laten zien wie ze allemaal bedienen. Maar als die mooie trainingsmappen voor elke klant hetzelfde zijn, krijg je een commodity. En dan wórd je als bedrijf een commodity, met als enige onderscheid het bieden van de hoogste korting." (MM)