De kans lijkt steeds groter dat de Britten na de huidige overgangsperiode eind dit jaar zonder nieuwe handelsdeal uit de EU vallen. Dat zou betekenen dat in Sunderland gebouwde nieuwe auto’s niet meer automatisch aan de EU-certificeringseisen voldoen en omgekeerd. Ook het transport van auto’s en onderdelen van en naar Groot-Brittannië zou ingewikkelder en ook kostbaarder worden. Dat vormt een groot risico voor de toekomst van Sunderland, heeft bestuursvoorzitter de Ficchy (foto) nu expliciet geroepen tijdens een persgesprek in de Franse plaats Montigny-le-Bretonneux bij Parijs. “Als we handelstarieven zouden krijgen van zeg 10 procent dan is die fabriek in Engeland niet langer levensvatbaar.”
Voortbestaan op het spel
Omdat ook de vestiging in Spanje in gevaar komt, zou daarmee het voortbestaan zelf van Nissan in Europa op het spel komen te staan. In Barcelona werden vorig jaar niet meer dan 65.000 Nissans gebouwd, een-derde minder dan in 2018. “We moeten de Europese industriële strategie, waar Barcelona deel van uitmaakt, herzien maar we gaan nog niet op korte termijn over tot herstructurering.” De Ficchy ziet daarbij niet direct dat Renault dan productie van haar Japanse partner over gaat nemen: “Dat zou uit allerlei oogpunt erg ingewikkeld zijn.”
Nissan voorziet voor dit jaar een verdere daling van haar verkopen in Europa. In de eerste maand van 2020 daalden de verkopen in de EU weer met ruim vier procent naar net 22.831 exemplaren. Over heel 2019 kwam Nissan met bijna 381.000 auto’s een kleine 20 procent lager uit dan een jaar eerder waarmee het één van de slechtst presterende merken op de hele Europese markt was was. In ons land verkochten de Japanners in januari niet meer dan 958 nieuwe personenauto’s terwijl dat er in januari 2019 nog 1.131 waren.
