China Evergrande New Energy Vehicle Group, dat een aparte beursnotering heeft, dikte 9 procent aan. Voorzitter Hui Ka Yan van Evergrande verklaarde dat het bedrijf ernaar streeft om het onderdeel dat elektrische voertuigen maakt binnen tien jaar tot de belangrijkste activiteit te maken in plaats van vastgoed.

Het aandeel van Evergrande zelf daalde 1,5 procent, ondanks dat het vastgoedconcern liet weten het werk aan meer dan tien vastgoedprojecten in zes steden te hebben hervat. In augustus werd het werk aan sommige vastgoedprojecten opgeschort omdat leveranciers en aannemers niet op tijd konden worden betaald. Evergrande kampt met een enorme schuldenlast en wist afgelopen week op het nippertje wanbetaling te voorkomen. Het Chinese staatspersagentschap Xinhua meldde daarnaast dat de risico’s die de schuldproblemen van de Chinese vastgoedbedrijven vormen voor de gehele financiële sector beheersbaar zijn.

De Hang Seng-index in Hongkong noteerde tussentijds 0,1 procent in de plus. De Britse bank HSBC, die ook een notering heeft in Hongkong, won 0,3 procent dankzij beter dan verwachte derdekwartaalcijfers. Ook gaat de bank voor maximaal 2 miljard dollar aan eigen aandelen inkopen. De hoofdindex in Shanghai boekte een winst van 0,4 procent en de Kospi in Seoul won 0,6 procent.

De All Ordinaries in Sydney klom 0,3 procent. Het Australische oliebedrijf Beach Energy kreeg er 5 procent bij dankzij de aanhoudende opmars van de olieprijzen. Het Japanse olieconcern Inpex won ruim 2 procent. De Nikkei in Tokio eindigde desondanks 0,7 procent in de min op 28.600,41 punten. Vooral de Japanse chipbedrijven werden van de hand gedaan. Tokyo Electron en Screen Holdings zakten meer dan 1 procent. Staalmaker Tokyo Steel steeg daarentegen 16 procent na een verhoging van de winstverwachting.