Reilly wil van Opel weer een zelfstandig dochterbedrijf maken, een naamloze vennootschap of Aktiengesellschaft (AG). "Een bedrijf met de grootte van Opel moet een n.v. zijn". Reilly wil "liefst nog dit jaar" omschakelen naar een AG. Tot 2005 was Opel overigens ook een n.v., maar dat werd veranderd om General Motors meer inspraak te geven.

De omschakeling moet de onafhankelijkheid van het merk benadrukken en het personeel motiveren. "De laatste tijd was traumatisch voor het personeel", beseft Reilly. Er werd volgens hem te veel beslist in Amerika, zeker over nieuwe modellen. Maar dat wordt anders, zo belooft hij: "Elk Opel model moet nu door ons ontwikkelingscentrum in Rüsselsheim goedgekeurd worden". Reilly wil ook het aantal Amerikaanse managers bij Opel terugschroeven. "We hebben dat aantal al met dertig procent teruggebracht tot een redelijk niveau."

De zestigjarige Brit wil dat Opel in 2014 op een productieniveau van 1,6 tot 1,7 miljoen auto’s per jaar zit. Dit jaar verwacht hij 1,2 miljoen exemplaren. "We moeten het kunnen opnemen tegen Volkswagen en waar mogelijk zelfs een sterker merk aanbieden. In Duitsland moeten we hogere prijzen kunnen vragen dan de Franse en Zuid-Koreaanse merken."