Analyse: Wegbonjouren van topman Bolloré lost weinig op voor Renault

Hij was opeens weg, CEO Thierry Bolloré van Renault. Donderdag doken er berichten op dat er aan de poten van zijn stoel werd gezaagd, vrijdag besloot een spoedvergadering van de Raad van Bestuur hem met onmiddellijke ingang de laan uit te sturen.

Analyse: Wegbonjouren van topman Bolloré lost weinig op voor Renault

Bolloré wordt vooral verweten dat hij nog uit het tijdperk van de gevallen Carlos Ghosn stamt en lange tijd zelfs diens rechterhand en kroonprins was. Hij volgde Ghosn inderdaad in januari op als topman maar dat is van korte duur gebleken.

Zelf begrijpt de zoveelste dit jaar ontslagen autodirecteur – na BMW en Audi – er niets van “Ik weet niet wat ik fout heb gedaan. Renault is één van de zeer weinige autofabrikanten die geen winstwaarschuwing heeft moeten afgeven en dat ondanks de crisis waar de sector zich in bevindt. Ik heb het bedrijf ook op de rails kunnen houden na de plotselinge val van Ghosn,” stelt hij in een afscheidsinterview met Les Echos. Die krant signaleert echter dat zijn snelle opmars in de gelederen van Renault veel kwaad bloed heeft gezet. Daarnaast wordt hem ook aangewreven dat hij veel te snel enthousiast heeft gereageerd op het fusievoorstel van Fiat Chrysler. Bovendien kon de geslepen Bolloré absoluut niet overweg met de eveneens nieuwe bestuursvoorzitter Jean-Dominique Senard (links op foto) die overigens net als de gesjeesde CEO van Michelin afkomstig is.

Maar met het plotseling wegbonjouren van de topman is Renault er nog lang niet. In de eerste plaats is er weliswaar een nieuwe CEO in de persoon van financieel directeur Clotilde Delbos maar die is slechts tijdelijk benoemd. Net als partner Nissan moet Renault nu dus zo snel mogelijk op zoek naar een zwaargewicht die de topbaan op een meer permanente basis kan invullen. Dat moet wel snel want het gaat bepaald niet goed met het merk met het vierkantje. Kijk eerst eens naar de verkoopcijfers in Europa. In de eerste acht maanden van dit jaar verkocht Renault Groep met 711.000 auto’s een kleine 12 procent minder dan in dezelfde periode in 2018. Alleen Fiat, Alfa Romeo en Honda deden het slechter. En Nissan dan natuurlijk, want dat moest een klap van 27 procent incasseren. Renault doet het daarmee aanzienlijk slechter dan de aardsconcurrenten Peugeot en Citroën, waarvan de laatste zelfs een plus van bijna zes procent kon noteren. In Frankrijk zelf moest Renault in de afgelopen maand weer ruim vijf procent inleveren terwijl Citroën 12 procent en Peugeot twee procent meer auto’s verkochten. Ook hier ligt Nissan er vrijwel uit met 41 procent lagere verkopen. Elders in de wereld ziet het plaatje er iets gevarieerder uit. In China, waar Renault niet al te sterk aanwezig is, daalden de verkopen in het eerste halfjaar met een kwart. Die daling is daarmee dubbel zo groot als die op de Chinese automarkt als geheel. In Rusland, de tweede nationale markt voor de groep dankzij het bezit van Lada, verkocht het merk Renault zelf
ruim negen procent minder. In Brazilië konden de Fransen echter 20 procent meer verkopen, dubbel zo veel als de totale automarkt terwijl in de grote regio Afrika, India en het Midden-Oosten weer een daling van 28 procent werd genoteerd.

Financieel gesproken zag de groep de halfjaaromzet met 6,4 procent dalen naar 28 miljard euro. De operationele winst liep ook 250 miljoen terug naar 1,65 miljard euro. Wordt Avtovaz niet meegeteld dan daalde de operationele marge van 4,5 naar 4 procent, een zelfs in de hedendaagse autowereld laag cijfer. De nettowinst halveerde in de eerste jaarhelft van twee naar één miljard euro, wat grotendeels te wijten was aan het feit dat Nissan 826 miljoen euro minder dividend overmaakte dan in 2018. De vrije kasstroom kwam uiteindelijk 726 miljoen euro negatief uit, vooral door de grote investeringen die ook Renault moet maken in elektrisch en autonoom rijden. Opmerkelijk detail: in het laatste halfjaarbericht van Bolloré wordt het bij veel andere autofabrikanten ‘populaire’ woord kostenbesparingen niet genoemd.

Al met al een somber plaatje waar Senard samen met Delbos nu verbetering in moet zien aan te brengen. De eerste tekenen zijn er al: Renault heeft de productie in tal van Franse fabrieken drastisch teruggedraaid. Senard zelf mikt verder vooral op het weer op het juiste spoor krijgen van de alliantie met Nissan. De vraag is echter of dat wel een goede gok is omdat Nissan op dit moment zonder enige twijfel het slechts draaiende autobedrijf ter wereld is. En de vraag is ook of Senard zelf wel een goede gok is. Nog geen tien maanden nadat hij het stokje bij Michelin heeft overgegeven, kondigt die bandenfabrikant de ene fabriekssluiting na de andere aan. Kennelijk had Senard de vuile was bij Michelin voor zich uitgeschoven, iets wat hij maar beter niet doet bij Renault.

Analyse: Wegbonjouren van topman Bolloré lost weinig op voor Renault - Automobielmanagement.nl

Analyse: Wegbonjouren van topman Bolloré lost weinig op voor Renault

Hij was opeens weg, CEO Thierry Bolloré van Renault. Donderdag doken er berichten op dat er aan de poten van zijn stoel werd gezaagd, vrijdag besloot een spoedvergadering van de Raad van Bestuur hem met onmiddellijke ingang de laan uit te sturen.

Analyse: Wegbonjouren van topman Bolloré lost weinig op voor Renault

Bolloré wordt vooral verweten dat hij nog uit het tijdperk van de gevallen Carlos Ghosn stamt en lange tijd zelfs diens rechterhand en kroonprins was. Hij volgde Ghosn inderdaad in januari op als topman maar dat is van korte duur gebleken.

Zelf begrijpt de zoveelste dit jaar ontslagen autodirecteur – na BMW en Audi – er niets van “Ik weet niet wat ik fout heb gedaan. Renault is één van de zeer weinige autofabrikanten die geen winstwaarschuwing heeft moeten afgeven en dat ondanks de crisis waar de sector zich in bevindt. Ik heb het bedrijf ook op de rails kunnen houden na de plotselinge val van Ghosn,” stelt hij in een afscheidsinterview met Les Echos. Die krant signaleert echter dat zijn snelle opmars in de gelederen van Renault veel kwaad bloed heeft gezet. Daarnaast wordt hem ook aangewreven dat hij veel te snel enthousiast heeft gereageerd op het fusievoorstel van Fiat Chrysler. Bovendien kon de geslepen Bolloré absoluut niet overweg met de eveneens nieuwe bestuursvoorzitter Jean-Dominique Senard (links op foto) die overigens net als de gesjeesde CEO van Michelin afkomstig is.

Maar met het plotseling wegbonjouren van de topman is Renault er nog lang niet. In de eerste plaats is er weliswaar een nieuwe CEO in de persoon van financieel directeur Clotilde Delbos maar die is slechts tijdelijk benoemd. Net als partner Nissan moet Renault nu dus zo snel mogelijk op zoek naar een zwaargewicht die de topbaan op een meer permanente basis kan invullen. Dat moet wel snel want het gaat bepaald niet goed met het merk met het vierkantje. Kijk eerst eens naar de verkoopcijfers in Europa. In de eerste acht maanden van dit jaar verkocht Renault Groep met 711.000 auto’s een kleine 12 procent minder dan in dezelfde periode in 2018. Alleen Fiat, Alfa Romeo en Honda deden het slechter. En Nissan dan natuurlijk, want dat moest een klap van 27 procent incasseren. Renault doet het daarmee aanzienlijk slechter dan de aardsconcurrenten Peugeot en Citroën, waarvan de laatste zelfs een plus van bijna zes procent kon noteren. In Frankrijk zelf moest Renault in de afgelopen maand weer ruim vijf procent inleveren terwijl Citroën 12 procent en Peugeot twee procent meer auto’s verkochten. Ook hier ligt Nissan er vrijwel uit met 41 procent lagere verkopen. Elders in de wereld ziet het plaatje er iets gevarieerder uit. In China, waar Renault niet al te sterk aanwezig is, daalden de verkopen in het eerste halfjaar met een kwart. Die daling is daarmee dubbel zo groot als die op de Chinese automarkt als geheel. In Rusland, de tweede nationale markt voor de groep dankzij het bezit van Lada, verkocht het merk Renault zelf
ruim negen procent minder. In Brazilië konden de Fransen echter 20 procent meer verkopen, dubbel zo veel als de totale automarkt terwijl in de grote regio Afrika, India en het Midden-Oosten weer een daling van 28 procent werd genoteerd.

Financieel gesproken zag de groep de halfjaaromzet met 6,4 procent dalen naar 28 miljard euro. De operationele winst liep ook 250 miljoen terug naar 1,65 miljard euro. Wordt Avtovaz niet meegeteld dan daalde de operationele marge van 4,5 naar 4 procent, een zelfs in de hedendaagse autowereld laag cijfer. De nettowinst halveerde in de eerste jaarhelft van twee naar één miljard euro, wat grotendeels te wijten was aan het feit dat Nissan 826 miljoen euro minder dividend overmaakte dan in 2018. De vrije kasstroom kwam uiteindelijk 726 miljoen euro negatief uit, vooral door de grote investeringen die ook Renault moet maken in elektrisch en autonoom rijden. Opmerkelijk detail: in het laatste halfjaarbericht van Bolloré wordt het bij veel andere autofabrikanten ‘populaire’ woord kostenbesparingen niet genoemd.

Al met al een somber plaatje waar Senard samen met Delbos nu verbetering in moet zien aan te brengen. De eerste tekenen zijn er al: Renault heeft de productie in tal van Franse fabrieken drastisch teruggedraaid. Senard zelf mikt verder vooral op het weer op het juiste spoor krijgen van de alliantie met Nissan. De vraag is echter of dat wel een goede gok is omdat Nissan op dit moment zonder enige twijfel het slechts draaiende autobedrijf ter wereld is. En de vraag is ook of Senard zelf wel een goede gok is. Nog geen tien maanden nadat hij het stokje bij Michelin heeft overgegeven, kondigt die bandenfabrikant de ene fabriekssluiting na de andere aan. Kennelijk had Senard de vuile was bij Michelin voor zich uitgeschoven, iets wat hij maar beter niet doet bij Renault.