Op de merkenlijst valt op dat er maar een paar échte uitschieters zijn. Bij de grotere groepen is dat in de eerste plaats Fiat Chrysler Automobiles dat er met een plus van ruim tien procent duidelijk uitspringt. Dat is grotendeels te danken aan Fiat zelf dat elf procent hogere verkopen wist te realiseren terwijl daarnaast Alfa Romeo opvallend goed presteert want dat verkocht met 44.400 stuks zo’n 38 procent meer auto’s dan een jaar eerder, de sterkste groei van alle in Europa verkochte merken. Zowel Fiat als Alfa Romeo profiteren vooral van de sterke opleving op de thuismarkt in Italië dat met 13 procent meer verkochte auto’s in juni ook de lijst van de grote landen aanvoert.

Verder is er een duidelijke plus voor Mercedes-Benz dat ruim negen procent meer wist te verkopen en met 447.143 stuks nu zelfs het zesde merk in Europa is, op flinke afstand van aartsrivaal BMW dat met 414.627 exemplaren minder dan twee procent groei laat zien. De Europese ranglijst wordt nog altijd met grote voorsprong aangevoerd door Volkswagen met 882.090 auto’s, overigens nog niet eens een vol procent meer dan vorig jaar. Renault is tweede met 618.518 auto’s, bijna 5,5 procent meer maar dus wel liefst 263.000 minder dan VW. Opel en het Britse zusje Vauxhall zijn derde met 518.626, een daling met bijna drie procent die ongetwijfeld wordt veroorzaakt door de onzekerheid vanwege de komende overname door PSA. Op de merkenlijst staat Peugeot vierde met 491.807, iets meer dan vier procent meer dan een jaar eerder, gevolgd door het al genoemde Fiat dat op 460.230 stuks uitkomt. Peugeot-zusje Citroën doet het iets beter dan werd verwacht met ruim vier procent groei naar 318.299 stuks maar moet op de ranglijst nu wel Toyota laten voorgaan want dat komt met een spurt van liefst 16,5 procent op 351.769 stuks.

In het middensegment is Nissan de 300.000 voorbij met een eindstand van 308.585, zes procent meer dan vorig voorjaar. Hoger nog scoort Skoda dat met 354.631 stuks een goede zes procent hoger zit terwijl VW-genoot SEAT het opmerkelijk goed doet met 16,5 procent groei naar 206.507 stuks. Daarnaast is Dacia na een wat zwakkere periode duidelijk weer aan een opmars bezig. Het Roemeense merk uit de Renault-stal komt na een toename met bijna elf procent op 242.878 verkochte auto’s. Vanuit Zuid-Korea doet Kia het met bijna negen procent groei naar 245.841 exemplaren een stuk beter dan zustermerk Hyundai dat met 263.356 exemplaren vier procent groeide en daarmee de hete adem van Kia in de nek begint te voldoen. Een opvallend aardige prestatie komt tenslotte voor rekening van Suzuki dat een kwart meer auto’s verkocht en met 121.194 stuks de kaap van 100.000 met gemak kon ronden.

Ondanks het gunstige marktklimaat zijn er toch nog een paar verliezers. Naast het al genoemde Opel is de opmerkelijkste eigenlijk Audi dat weliswaar 427.744 auto’s wist te verkopen maar daarmee wel een half procentje lager zat dan vorig jaar. Vooral Honda kreeg een klap van meer dan twaalf procent waarmee het nog maar een magere 74.000 auto’s in heel Europa wist te verkopen, nauwelijks genoeg om het merk nog veel langer op de markt te houden. Ook de Japanse collega’s van Mazda en Mitsubishi moesten inleveren, de één ruim vijf en de ander een half procent. Bij FCA wordt het succes van Fiat en Alfa Romeo getemperd door Jeep dat bijna 2,5 procent minder auto’s verkocht. Een soortgelijk verhaal gaat op voor JLR waar Jaguar een kwart hoger zit maar Land Rover iets meer dan twee procent moest inleveren.