Uit de VNA-ledenenquête over het eerste kwartaal van 2009 blijkt dat het aantal leasepersonenauto’s bij VNA-leden ten opzichte van het vierde kwartaal van 2008 marginaal (met 176 stuks) is afgenomen tot een totaal van 523.868. Ook het aantal leasebestelauto’s kromp een fractie (-0,1 procent) ten opzichte van eind 2008 en komt uit op 130.784 voertuigen. Overigens toont een vergelijking van het eerste kwartaal van 2009 met dezelfde periode in 2008*) een kleine twee procent groei van het park (inclusief wagenparkbeheer). Het totaal aantal voertuigen nam met 2,7 duizend stuks toe tot 654.650 voertuigen.

VNA  vindt de cijfers niet alarmerend. Directeur Renate Hemerik is wel bezorgd over de rest van 2009. "De autoleasebranche is een conjunctuurvolger die met vertraging reageert op de economische ontwikkelingen. Ik kan een krimp van de leasemarkt later dit jaar dus niet uitsluiten." De stagnerende occasionmarkt drukt nog steeds op de restwaarden van ex-lease-voertuigen. Een ander pijnpunt is de hoogte van de financieringslasten. Autoleasing is kapitaalintensief, daarom is betaalbare funding van doorslaggevend belang. Ongunstige berichten over de autobranche zouden geldverstrekkers ten onrechte kopschuw maken voor de leasebranche, beweert VNA. ‘Natuurlijk heeft de leasebranche wel een relatie met de autobranche, maar autoleasing is in de eerste plaats zakelijke en financiële dienstverlening. Banken maken dat onderscheid onvoldoende, waardoor het aantrekken van kapitaal onnodig lastiger en duurder wordt’, meldt de vereniging in zijn bericht.

Leasemaatschappijen investeren jaarlijks zo’n 5,5 miljard euro in nieuwe auto’s (ruim dertig procent van de nieuwverkoop) en de 82 VNA-leden realiseren een gezamenlijke jaaromzet van bijna negen miljard euro. Auto’s van de zaak zijn verantwoordelijk voor dertig procent van alle binnenlandse voertuigkilometers.