Dit blijkt uit een nieuw onderzoek dat is gepubliceerd als onderdeel van de periodieke onderzoeken van de wetenschappelijke adviesraad (SAG) van Acea, de associatie van Europese autofabrikanten. Het nieuwe onderzoek laat zijn licht schijnen over de trends, de kansen en de uitdagingen voor de carsharing-industrie in Europa en wereldwijd. Op wereldschaal zou de doelgroep voor carsharing momenteel bestaan uit meerdere miljoenen klanten met een vloot van enkele tienduizenden auto’s.  Hoewel carsharing op het moment nog erg geconcentreerd is in de geïndustrialiseerde landen, is er ook een groeiend aantal activiteiten waar te nemen in opkomende economieën.
Volgens het onderzoek is er geen one-size-fits-all-benadering mogelijk. De klanten zouden over het algemeen jonge stedelingen zijn voor wie flexibele mobiliteit erg belangrijk is. En het onderzoek geeft ook aan dat de aanbieders op de deze markt divers van aard zijn, variërend tussen autofabrikanten die met speciale versies van hun eigen komen tot onafhankelijke ondernemers die voorzien in een reeks van voertuigen.
Maar er zijn ook problemen, of uitdagingen zoals Acea ze liever noemt. Zo zitten er grenzen aan de services die niet altijd overeenkomen met de wensen van de klanten maar het kan ook gaan over diverse regelgevingen en wetten in verschillende regio’s.  Acea-secretaris Erik Jonnaert zegt over het rapport dat carsharing in potentie onderdeel kan worden van een geïntegreerd pakket van oplossingen voor stedelijke mobiliteit. "Carsharing kan een oplossing worden voor bepaalde stedelingen die nog geen auto hebben omdat ze tegelijkertijd gemak en mobiliteit krijgen aangeboden. Maar er is nog een reeks van praktische, commerciële en  juridische problemen dat opgelost moet worden."
Het rapport ‘The Carsharing: Evolution, Challenges, Opportunities’ is beschikbaar via Acea.