‘Inductief laden van elektrische voertuigen’ werkt ook tijdens korte ritpauzes. De laadstations kunnen vrijwel onzichtbaar in elke omgeving worden geïntegreerd en zijn daardoor beschermd tegen slijtage en vandalisme. In juni worden tijdens een proef in Berlijn, gesubsidieerd door het Duitse ministerie voor Milieu (BMU), de prestaties met meerdere voertuigen getest.

Aangezien accu’s van elektrische voertuigen vaker moeten ‘tanken’ dan voertuigen met verbrandingsmotoren is er vraag naar verschillende laadmogelijkheden, aangepast aan de eisen van de bestuurder en het voertuig. Met de inductieve energieoverdracht zou geautomatiseerd laden in bijvoorbeeld taxiwachtrijen al mogelijk zijn. Een volledig in de grond verzonken spoel vormt de verbinding met het openbare elektriciteitsnet. Onder het voertuig bevindt zich een secundaire spoel. De onderlinge afstand bedraagt onder normale omstandigheden tussen acht en vijftien centimeter. Zodra de bestuurder het laadproces start, gaat er een stroom door de primaire spoel. Hierdoor ontstaat een magnetisch veld, dat in de secundaire spoel een elektrische stroom induceert waardoor de accu wordt geladen.

De efficiëntie van de vermogensoverdracht uit het stroomnet via alle componenten tot in de accu bedraagt volgens Siemens meer dan negentig procent. Daarnaast is het systeem geschikt voor intelligent energiegebruik. Stroomoverschotten uit zonne- en windenergie kunnen dan worden gebruikt. Ook kan de elektrische auto dan dienen  als tussenopslag voor stroom.