Column Ton Roks: liever Ferrari-aandeel dan -petje

‘Ferrari verdient meer geld met petjes en polo’s dan met auto’s’ – die opmerking wordt geregeld gemaakt over ’s werelds bekendste autobouwer.

Als ze daar vragen over kregen, zwegen de mannen die de teugels van het cavallino rampante in handen houden altijd hooghartig: Ferrari maakt alleen totaalcijfers bekend en zegt niets over afzonderlijke onderdelen. Basta.

In het afgelopen jaar zette Ferrari zo’n 1,6 miljard euro om, waarvan rond de vierhonderd miljoen euro winst was. Komt dat van de winkelketen vol merchandise en het pretpark in Abu Dhabi? Van de sponsorgelden voor de Formule 1? Of van de productie van de auto’s? Op die brandende vragen hebben we eindelijk een antwoord, dankzij investeringsbobo’s van Bernstein Research in de USA. Ze hebben documenten van de Italiaanse autoriteiten doorgevlooid, gesprekken met huidige en vroegere werknemers gevoerd en simpelweg al Ferrari’s zaken zo goed mogelijk doorgerekend. De conclusie van de researchers is dat Ferrari met grote zekerheid geen fabrikant van petjes en polo’s is, die toevallig ook wat auto’s maakt. Ferrari maakt weliswaar vijftig procent winst op elk artikel dat het geelzwarte logo draagt, maar de merchandise is goed voor minder dan vijf procent van de totale omzet.

Het is ook niet zo dat Ferrari leeft van de sponsorgelden die het met de scharlakenrode F1-bolides binnensleept. Het F1-team draait verlies of haalt op z’n best break even. Volgens Bernstein-research vangt de scuderia jaarlijks zo’n tweehonderd miljoen euro aan sponsorgelden en incasseert het daarnaast nog 165 miljoen euro aan F1-revenuen.

Het grote geld wordt bij Ferrari toch echt met de productie van auto’s verdiend. Dik tachtig procent van de omzet komt van de auto’s, die daarmee negentig procent van de winst genereren. De 458 Italia, inmiddels opgevolgd door de 488 GTB, was verleden jaar de grote geldverdiener door 850 miljoen aan de omzet bij te dragen. Pikant is de melding van Bernstein dat elke 458 Italia Ferrari slechts zestig duizend euro aan materialen kostte, als gevolg waarvan de ontwikkelingskomsten van Ferrari’s instapper (iets meer dan vierhonderd miljoen) binnen één jaar terug waren verdiend.Ook al roept Marchionne dat Ferrari ‘eigenlijk’ een luxury brand is, is het doodgewoon een autofabriek, de rest is garnering.

Ik heb geen Ferrari en ook geen petje of polo van Ferrari. Voor mij is het dragen van Ferrari-merchandise op de eerste plaats een publieke verklaring dat een Ferrari zich mijlenver buiten je financiële bereik bevindt en die verklaring wil ik nog steeds niet afgeven (ik koester nog altijd hoop).

Ik kan geen 488 GTB kopen maar als Ferrari naar de beurs gaat, misschien wel een stuk van het bedrijf. Dat is goedkoper – en wellicht zelfs stoerder. Sommigen zeggen dat Ferrari tien miljard waard is, Bernstein Research houdt het op vijf tot zes miljard. Ik wacht in spanning af wat het aandeel gaat kosten.

Column Ton Roks: liever Ferrari-aandeel dan -petje - Automobielmanagement.nl

Column Ton Roks: liever Ferrari-aandeel dan -petje

‘Ferrari verdient meer geld met petjes en polo’s dan met auto’s’ – die opmerking wordt geregeld gemaakt over ’s werelds bekendste autobouwer.

Als ze daar vragen over kregen, zwegen de mannen die de teugels van het cavallino rampante in handen houden altijd hooghartig: Ferrari maakt alleen totaalcijfers bekend en zegt niets over afzonderlijke onderdelen. Basta.

In het afgelopen jaar zette Ferrari zo’n 1,6 miljard euro om, waarvan rond de vierhonderd miljoen euro winst was. Komt dat van de winkelketen vol merchandise en het pretpark in Abu Dhabi? Van de sponsorgelden voor de Formule 1? Of van de productie van de auto’s? Op die brandende vragen hebben we eindelijk een antwoord, dankzij investeringsbobo’s van Bernstein Research in de USA. Ze hebben documenten van de Italiaanse autoriteiten doorgevlooid, gesprekken met huidige en vroegere werknemers gevoerd en simpelweg al Ferrari’s zaken zo goed mogelijk doorgerekend. De conclusie van de researchers is dat Ferrari met grote zekerheid geen fabrikant van petjes en polo’s is, die toevallig ook wat auto’s maakt. Ferrari maakt weliswaar vijftig procent winst op elk artikel dat het geelzwarte logo draagt, maar de merchandise is goed voor minder dan vijf procent van de totale omzet.

Het is ook niet zo dat Ferrari leeft van de sponsorgelden die het met de scharlakenrode F1-bolides binnensleept. Het F1-team draait verlies of haalt op z’n best break even. Volgens Bernstein-research vangt de scuderia jaarlijks zo’n tweehonderd miljoen euro aan sponsorgelden en incasseert het daarnaast nog 165 miljoen euro aan F1-revenuen.

Het grote geld wordt bij Ferrari toch echt met de productie van auto’s verdiend. Dik tachtig procent van de omzet komt van de auto’s, die daarmee negentig procent van de winst genereren. De 458 Italia, inmiddels opgevolgd door de 488 GTB, was verleden jaar de grote geldverdiener door 850 miljoen aan de omzet bij te dragen. Pikant is de melding van Bernstein dat elke 458 Italia Ferrari slechts zestig duizend euro aan materialen kostte, als gevolg waarvan de ontwikkelingskomsten van Ferrari’s instapper (iets meer dan vierhonderd miljoen) binnen één jaar terug waren verdiend.Ook al roept Marchionne dat Ferrari ‘eigenlijk’ een luxury brand is, is het doodgewoon een autofabriek, de rest is garnering.

Ik heb geen Ferrari en ook geen petje of polo van Ferrari. Voor mij is het dragen van Ferrari-merchandise op de eerste plaats een publieke verklaring dat een Ferrari zich mijlenver buiten je financiële bereik bevindt en die verklaring wil ik nog steeds niet afgeven (ik koester nog altijd hoop).

Ik kan geen 488 GTB kopen maar als Ferrari naar de beurs gaat, misschien wel een stuk van het bedrijf. Dat is goedkoper – en wellicht zelfs stoerder. Sommigen zeggen dat Ferrari tien miljard waard is, Bernstein Research houdt het op vijf tot zes miljard. Ik wacht in spanning af wat het aandeel gaat kosten.