Jaarlijks brengt marktonderzoekbureau GfK in opdracht van automotive brancheorganisaties Bovag en RAI Vereniging de onderhouds- en reparatiemarkt voor personenauto’s in kaart. Doel is om het onderhouds- en reparatiegedrag van de consument te inventariseren en eventuele nieuwe trends en ontwikkelingen in een vroegtijdig stadium te onderkennen. Het onderzoek wordt uitgevoerd op basis van een continue panelonderzoek waarbij jaarlijks ruim vijfduizend auto’s gevolgd worden en bijna elfduizend onderhoudsbeurten worden geanalyseerd.
Uit het onderzoek blijkt dat automobilisten in toenemende mate het onderhoud aan hun auto uitstellen. Deze ontwikkeling is sinds 2010 gaande. Eigenaren van auto’s die hun auto nog wel voor regulier onderhoud naar de garage brengen doen dit in het algemeen even vaak als in voorgaande jaren, ruim twee keer per jaar.
De afname van het aantal reparatie en onderhoudsmomenten komt mede voort uit de lagere APK-frequentie voor jonge benzineauto’s, grotere onderhoudsintervallen en hogere technische betrouwbaarheid. Daarnaast spelen de economische omstandigheden een rol, waardoor er überhaupt minder kilometers afgelegd worden en veel particulieren bovendien doelbewust de voorgeschreven onderhoudsbeurten overslaan en reparaties niet laten uitvoeren.
Bestedingen aan het onderhoud van de auto nemen af; gemiddeld was men vorig jaar € 526 aan onderhoud en reparatie kwijt. In 2010 lag het gemiddelde jaarlijkse onderhoudsbedrag nog op € 670 (+27%). De omzetdaling deed zich in alle sectoren van de markt voor maar vooral de onderhoudsbesteding aan jonge auto’s (0 tot 3 jaar) zijn in de afgelopen jaren sterk gedaald.
Dealerbedrijven hadden in 2013 een marktaandeel in de onderhouds- en reparatiemarkt van 37 procent qua aantal onderhoudsmomenten en veertig procent wat betreft omzet. De dealerbedrijven zijn vooral sterk vertegenwoordigd in het onderhoud van nieuwe auto’s; in deze categorie voeren zij 62 procent van de werkzaamheden uit. Onafhankelijke autobedrijven hadden een marktaandeel van 35 procent qua onderhoudsmomenten en 38 procent in omzet. Deze bedrijven zijn vooral sterk in het onderhoud van auto’s in de leeftijd van 4 tot 10 jaar.
Is er ook rekening gehouden met een daling in het aantal gereden km’s? Wellicht dat dit met eenzelfde percentage is gedaald. Als dat het geval is kan er niet gezegd worden dat er minder onderhoud gepleegd wordt. Wat ook een rol speelt zijn de vele aanbiedingen van de merken met gratis onderhoud bij nieuwe auto’s, 7 jaar garantie bij Kia etc. Dit alles drukt de onderhoudsbesteding bij zeer jonge auto’s.
Er worden ook steeds meer auto’s geschorst omdat het autorijden met de dag duurder wordt gemaakt. Om daar toch geld voor te ontvangen heeft onze asociale overheid het betalen voor niet rijden uitgevonden. Diezelfde overheid die kennelijk niet in staat is te becijferen dat het de nek omdraaien van de oldtimermarkt geen extra geld oplevert voor de staatskas. Een dergelijke visieloze overheid maakt meer kapot dan ons lief is